Henk van Kuijk: Hans Kraaij senior

Hans Kraay senior

Ik weet het nog goed. Ik was een jochie van elf, en voetbalde in Utrecht, bij PVC. Pot vol Centen, zeiden onze tegenstanders altijd, maar PVC betekent “Pede Volucri Cogimus”, Latijn voor “Wij dwingen met gevleugelde voet”. Ik had toen al wel een gevleugelde technische voet. Want ik voetbalde elke dag op straat, of in het parkje, waar we vaak werden weggejaagd door de “Parkpik”, de parkpolitie-agent. Nu leggen ze voetbalparkjes aan, omdat alle straten zijn volgestopt met blik. Soms riepen we: “Kijk, daar gaat Tonny!!” Dan fietste Tonny van der Linden, de grote voetbalster van D.O.S., langs ons parkje, broodtrommeltje, nu leeg, onder zijn snelbinders. Op weg naar huis in Zuilen, van zijn werk bij Houthandel Jongeneel, die in onze wijk lag. We keken hem na in bewondering, en dan voetbalde ik verder met de Van Leurtjes, de zoontjes van Gerard van Leur. Ook een ster van D.O.S., een generatie vroeger dan Van der Linden. Hij was bouwvakker, en speelde eenmaal in het Nederlands elftal, in Kopenhagen, tegen Denemarken. Ze waren bepaald niet rijk, maar ze hadden wel de eerste televisie van de buurt. Ik keek er als jochie vaak, op de teeveetribune in de woonkamer. En dan keek ik stilletjes ook naar de enorme foto van dat Nederlands elftal in Kopenhagen, bij hun aan de muur boven de televisie.

Omdat Gerard van Leur een coryfee was van D.O.S. kregen ze vaak vrijkaartjes voor het stadion Galgenwaard. Zo nu en dan mocht ik ook mee. Ik zat dan met de zoontjes gewoon pal achter het doel, voor de afrastering nog wel. Zo zag ik eens dat Abe Lenstra vier spelers van D.O.S. inclusief de Zwarte Panter, Frans de Munck, in de luren legde, en de bal achteloos Fries nuchter in het doel schoof. We vonden het wel erg, maar keken ook ademloos toe.
Minder ademloos was ik, toen ik in 1958 met 20.000 mensen in stadion Galgenwaard zat, te luisteren, ja te luisteren, naar vier enorme luidsprekers, waaruit het wedstrijdverslag klonk van de beslissingswedstrijd om het landskampioenschap tussen Sportclub Enschedé, met Lenstra, en D.O.S.. Nee, een vrijkaartje voor die wedstrijd zat er niet in, die was vier keer uitverkocht. Het was knetterwarm, en er kwam een verlenging. Toen scoorde Tonny van der Linden de beslissende, enige goal. Het hele Utrechtse stadion ontplofte. De enige keer ooit dat Utrecht het landskampioenschap binnenhaalde. Met als grote rots in de branding: Hans Kraay. Dat viel ook Feyenoord op. En ze gaven hem een mooi contract. Met Feyenoord vierde hij vele successen.

Eind vorige week overleed hij. Ik moest denken aan het moment dat ik als jochie van tien naar de sportkeuring moest, in een basisschool in Utrecht West. En wie zag ik daar opeens als een van de mensen die de keuring deden? De grote Hans Kraay. Hij was toen 21 jaar, maar al een ster in Utrecht. En fysiotherapeut van zijn vak. Hij stelde me heel vriendelijk wat vragen. Of er nog iets bijzonders was. Ja, moest ik bekennen. Ik had bij ravotten met vriendjes mijn arm gebroken, ik was toen een vrij iel mannetje, dat wel goed kon voetballen. Ik kreeg toen een goedkeuring van één jaar, in plaats van vier jaar. Het jaar daarop moest ik weer naar de keuring komen. Toen kreeg ik vier jaar. En jaren later speelde ik in de interregionale jeugd, met PVC, lekker hoog. Dank zij het parkje.

Henk van Kuijk