Joke de Meyer: Dodelijke Spiritisme deel 8

Foto: eigen archief

DODELIJKE SPIRITISME/8 :

Een nieuwe dagenraad heeft zich alweer aangeboden als gezant van de verlichting. Diep in gedachten verzonken verlaat Helen haar grijze bungalow en sluit de deur. Ze heeft een zwart bedrijfsuniform aan en de wind plaagt haar witte lokken. Terwijl ze richting de garage wandelt, komt Sheila haar tegemoet. Deze laatste is reeds vroeg uit de veren, vastberaden om de strijd aan te binden met haar gewichtsschommelingen. Een linnen broek met elastische boord geeft haar hierbij ademruimte. Helen knikt, slaakt een verveelde zucht en geeft zich over.
Sheila betoont nogmaals haar medeleven en gaat dan over tot de kern van de zaak. “We hebben een aantal bijkomende vragen. Uw man zou een levensverzekering hebben afgesloten waarvan u de enige begunstigde bent. Het gaat om een riante geldsom. En er bleken ook spanningen te zijn binnen het bedrijf en jullie huwelijk ? Financiële problemen door verkeerde investeringen ?”

“Gaat u nu mij al verdenken ? Wij hadden inderdaad onze problemen zoals er in iedere relatie wel zijn. Tom wilde soms verder springen dan zijn neus lang was en ik moest dan de brokken lijmen. We hebben onze vaste klandizie maar de concurrentie werd alsmaar genadelozer. En enkel met ons tweeën, zonder personeel…overleef maar eens ! Werknemers brengen hoge loonkosten met zich. En ja, we hebben allebei een levensverzekering. Wat is daar verkeerd aan ? Maar die betaalt niet uit aan de begunstigde indien deze de verzekernemer vermoord heeft…Dus ?” Helen laat zich niet in het nauw drijven. Ze maakt aanstalten om de garagepoort te openen.

Sheila bijt zich echter vast zoals een pitbull in haar prooi. “We hebben ook het gsm-verkeer van Tom getraceerd en daaruit blijkt dat hij u heeft opgebeld rond het tijdstip van zijn dood. Waarom hebt u ons hierover niets verteld ? Klonk hij angstig ? Wat waren zijn laatste woorden tot u gericht ?”

Helen verhult zich in enige emotionaliteit en antwoordt bijna snikkend. “Ik was totaal van de kaart toen u mij bezocht met dat slechte nieuws. Ik had het telefoongesprek net uit mijn geheugen verbannen door de schok. Het was puur zakelijk. Hij had zijn klant, die Virginie Malson, thuis gebracht en ging toen een andere oproep beantwoorden. Het nagivatietoestel was echter stuk en hij vroeg me inlichtingen over de bestemming. Had ik geweten dat dit de laatste keer was…Nu moet ik zijn begrafenis regelen.”

Helen stort bijna in. Enkele tranen sijpelen over haar wangen en ze kan geen woord meer uitbrengen.

Sheila probeert mee te leven, ondanks het feit dat men iedereen als potentiële verdachte moet aanzien. Maar haar uitleg over de feiten lijkt plausibel te zijn. “Het spijt ons. We willen zo snel mogelijk de dader gevat zien. Zo kan u ook verder met het verwerkingsproces. Kan u soms nog meer vertellen over het mysterieuze overlijden van Cathy Malson ? Wat wist uw echtgenoot precies ?”

“Ik heb daarover nooit verder geïnformeerd. Zoals ik vorige keer al zei, hij hoorde zoveel tijdens de taxiritten. Hij was ook niet zo onderlegd om dat allemaal een juiste plaats te geven. Beter alles binnen de wagen laten, het bezorgt toch allemaal maar problemen. Je ziet het…”

Na de bedroefde weduwe een bemoedigende schouderklop gegeven te hebben, keert Sheila terug naar haar eigen voertuig. Ze grijpt zenuwachtig met haar rechterhand de boord van de broek vast. Een elastiek geeft een los gevoel, maar het bewuste kledingstuk glijdt al snel naar beneden. Goed zo, een eerste kilogram aan het verliezen, mijmert ze om zichzelf op te peppen.

Enkele minuten later veegt Helen haar tranen af met een zakdoek en neemt de gsm ter hand. Ze drukt een nummer in en richt het woord tot iemand aan de andere kant van de lijn. Haar stem klinkt minder bedrukt, eerder rancuneus en bits. “De politie was hier terug. Het wordt tijd dat je het geld stort. Ik weet alles en ik zal niet langer meer zwijgen.”

Er volgt een antwoord en ze hapt even naar adem. Helens respons is ongenadig. “Ik laat me niet intimideren ! Uiterlijk morgen moet het geld gestort zijn op mijn buitenlandse rekening, anders verwittig ik de speurders. Het wordt tijd dat ik ook eens van mijn leven begin te genieten ! Ik ga het bedrijf verkopen en definitief vertrekken naar het buitenland. Begrepen ?”

De telefonisch geadresseerde sluit het gesprek nijdig af. Helen blijft beduusd achter. Waar is ze toch in verwikkeld geraakt ?

Een Duitse herdershond verwelkomt Brian met een blafsalvo op het erf van de Lamoirs. De viervoeter waakt als een leeuw over de hoeve. Brian draagt voor het eerst een groene vest, zoals gewoonlijk op de kop getikt tijdens een uitverkoop van merkkledij. Hij heeft zijn verkoudheid onder controle en kan zich nu terug focussen op de verdediging van zijn outfit. Het was zoekwerk in zijn nieuwe flat op de Korenmarkt, maar dit houdt de ochtendstond verrassend, althans volgens hem. En toen hij de douche verliet, waren de gordijnen nog dicht. Hij stond dus al niet meer voor joker voor de Gentse binnenstad. Maar dat belet niet dat het dier dreigend op hem afkomt.
Net als hij het op een lopen wil zetten, galmt de ruwe stem van een verwilderde blonde jongeman, gekleed in blauw tuinierspak met door modder besmeurde laarzen. “Marlo, laat af ! Kom hier ! Marlo !”
Gedwee volgt Marlo het bevel van zijn baas op en druipt af richting de groene long achteraan : beuken, berken en heesters…

Brian komt terug op adem en richt zich tot de streng uitziende gastheer. “Excuseer, ik ben rechercheur. Ik zou graag mijnheer Alfred Lamoir spreken. Is hij thuis en wie bent u?”

“Ik ben Ronny, zijn vaste klusjesman. Ik woon hier in en zorg voor het onderhoud van de boerderij zowel binnen als buiten. Kom maar mee. Je hebt geluk gehad, er hing een waarschuwingsbord voor Marlo aan het hekken. Hij houdt niet van bezoek.” Grijnzend maant Ronny de detective aan om hem te volgen naar het vervallen woongedeelte.

Brian vindt het een erg ontredderde omgeving, en dat voor iemand van rijke komaf zoals de Lamoirs. Vergane glorie ? Hij treedt binnen via een verhakkelde achterdeur die schurend opengaat. Daar belandt hij in een rustieke livingruimte. Alfred Lamoir zetelt op een comfortabele stoel met hoge rugleuning, te midden van een kakafonie van meubelstijlen.

“Mijnheer Lamoir, bezoek voor u. Politie.”Ronny laat Brian achter in de bouwvallige zitkamer en mompelt nog stroef enkele zinnen alvorens hij zich een weg naar buiten baant. “Wees voorzichtig met hem. Hij heeft hartritmestoornissen en moet zoveel mogelijk stress vermijden. Anders laat ik Marlo nog eens los.” Hij grinnikt. Brian beantwoordt deze opmerking met een grimlach.

Alfred corrigeert zijn houding en strijkt het fleecedeken dat op zijn schoot ligt, glad. Knorrig neemt hij de speurder onder de loupe. “Ik was nog een morgendutje aan het doen. Waarvoor hebt u nu weer mijn medewerking nodig ?”

“Wij hebben nog enkele vragen voor u. In verband met de moord op Tom Lammers. De taxichauffeur. U zou alles doen, koste wat kost, om terug de scepter te zwaaien over La Portière ?”

“Alles ? Ja, alles. Maar geen mensen doden. De wijze waarop de Malsons dit hebben ingepalmd, is gewoon hemeltergend. Waarom zou ik trouwens een taxichauffeur vermoorden die mij dadelijk ergens heen bracht toen ik dit vroeg ? Mijn zoon Hugo heeft het te druk met zijn job en Ronny moet al genoeg opdraven hier als mijn allround dienstbode. Ik zeg u nogmaals, de geesten van het erfgoed zullen hun werk wel voor ons doen. Gelooft u nog niet in het paranormale ? Demonen die terug rechtzetten wat levenden hebben misdaan.”
Alfred kucht even en wacht geënerveerd op de volgende aantijging.

“U zou ook een passionele relatie gehad hebben met de vorige eigenares Cathy Malson. Eén van de vroegere dienstbodes heeft dit opgemerkt. U ging zelfs de weduwe van uw eigen broer verleiden om het landgoed terug te bemachtigen. Zij had uw bijbedoelingen door en heeft u dan gedumpt. Nadien hebben u dikwijls in het openbaar bedreigingen geuit aan haar adres. Redenen genoeg om die geesten te helpen in hun opzet. Misschien hebt u haar gedood en was de ongelukkige Tom Lammers hiervan op de hoogte ?” Brian kwijt zich koelbloedig van zijn taak.

“Nonsens ! Roddelpraat ! Wie was die onheilsstoker ? Ik heb geen relatie gehad met dat kreng ! Ze was totaal betoverd door die barbaarse toverdokter ! Die Maliko had haar in zijn greep. Het was onmogelijk om haar tot andere gedachten te brengen. Ze hebben samen de gedachtenis aan mijn voorouders bezoedeld ! Zoek de antwoorden op uw raadsels daar en niet bij ons ! Het fortuin ligt daar te rapen. Niet hier ! Merkt u hier weelde op ? Wij zijn een uitstervende generatie…”
De grijsaard met wankele gezondheid protesteert heftig en begint te hyperventileren.

Op dat ogenblik stormt een hysterische Hugo binnen. Als enige zoon neemt hij het zonder aarzelen voor zijn vader op. Hij duwt de inspecteur ruw opzij en haast zich naar Alfred. Hij reikt hem het zuurstofmasker aan dat op de tafel ligt en probeert zijn ademhaling te stabiliseren. “Ziet u nu wat u allemaal doet met dat rondneuzen en insinueren ? Vader kan dit niet meer aan. Hij heeft al teveel geleden. Kunt u alstublieft ons erf nu verlaten ? Een geluk dat Ronny mij heeft verwittigd van uw komst.”

Brian weet zich geen houding aan te meten en houdt zich stoïcijns op de achtergrond. Hugo heeft een rijzige gestalte en klinkt als een briesende leeuw. Ondertussen bekomt Alfred van de doorstane spanningen.

Brian waagt zich nog aan een aantal opmerkingen. “Wij doen gewoon ons werk. Er is een moord gepleegd. Misschien wel twee. We staan in dienst van de slachtoffers. Uw vader is één van de mogelijke verdachten met een gefundeerd motief. Net zoals u trouwens. Klopt het dat het immobiliënbedrijf waarvoor u werkt een groot contract wil afsluiten met een firma die zich in de streek wil vestigen ? Enkel La Portière blijft dwarsliggen. Zo ontloopt u misschien een miljoenencontract. En wat men allemaal niet wil doen voor heel veel geld…”

Hugo gromt en start een helse tirade.
“Waar zijn jullie toch mee bezig ? Wat heeft dit met de dood van die taxichauffeur te maken ? U denkt toch niet dat ik voor een overeenkomst zou overgaan tot maffiapraktijken ? Als die Virginie Malson net zoals haar tante niet wil overgaan tot verkoop, dan zullen we ons daar moeten bij neerleggen. Die beschuldigingen raken kant nog wal. Wilt u nu uit mijn ogen verdwijnen ? Ik wil alleen zijn bij mijn vader.”

Brian voelt zich ongemakkelijk en verlaat de hoeve. Hij stapt richting de oprijlaan. Achter hem weerklinkt het geblaf van Marlo. Ronny gluurt hem spottend na. Hij zet spoed achter zijn tred en durft niet omkijken. Net op tijd bij de wagen, en godzijdank, er is geen spatje te zien op de groene blazer, denkt hij !

Ondertussen worden de bewoners van het excentrieke La Portière op de rooster gelegd door Karen en haar aspirant collega Tony. Virginie, Sofia en de genodigden hebben plaats genomen aan de ontbijttafel in de overdadig gedecoreerde eetkamer. De majestueuze wandklok leidt de voormiddag in met negen zware slagen. Sofia heeft het verhaal verteld over de eigenaardige spion van de vorige avond. Deze zou ook opgedoken zijn kort voordat Cathy is gestorven. Zij had een grote angst voor deze verschijning. Het leek de geest te zijn van een rusteloze overledene die ergens nog een taak heeft te volbrengen alvorens definitief over te gaan naar het hiernamaals.

“Dus u hebt de omgeving afgezocht en niemand gezien ? Geen voetsporen of andere herkenningspunten opgemerkt ? Waarom hebt u ons niet opgebeld ? Zeker na wat er gebeurd is…”Tony voelt zich helder in gedachten. Hij heeft een optimale nachtrust achter de rug. Hij woont nog in bij zijn ouders, maar deze waren op weekenduitstap. Voor een keer kon hij zijn eigen zin doen zonder hun bemoeienissen. Hij weerhoudt zijn rechterhand om de neusvleugels aan te raken, een soort automatisme ten opzichte van zijn spookbril dat hij moet afleren nu hij lenzen draagt.

Sofia vuurt dadelijk haar respons af. “Het kon ook inbeelding zijn en we wilden u niet nodeloos hiermee belasten. Tenslotte was het Jorgen die dit verteld heeft en hij ziet soms dingen die wij niet zien. Als u begrijpt wat ik bedoel…”

Jorgen protesteert en mengt zich zonder dralen in de conversatie. “Ik zag gestalte ! Duidelijk aan die berk ! Ik droom niet ! Het was een menselijke figuur !”

Marian sust haar zoon en kijkt boosaardig naar Sofia. Ze is furieus. “Als Jorgen iets of iemand gezien heeft, dan is dit zo. Je hoeft mijn zoon zo niet te beledigen ! Je bent tenslotte maar een bediende hier ! Je contract kan snel verbroken worden. Niet, Virginie ? Zeg iets, het gaat over je neef.”

Virginie probeert zoals altijd de gemoederen te bedaren en zucht ontmoedigd.
“Sofia bedoelt dit niet slecht, tante Marian. Ze wil net zoals ik dat er terug sereniteit komt in huis. Door al wat er gaande is zijn we allemaal fel over onze toeren.”

Marians partner Hendrik bevestigt dit en richt zich smekend tot zijn gade. “Zo is dat. Marian, laat deze dag alsjeblieft zonder incidenten voorbijgaan. We willen er allen het beste van maken zolang we hier nog te gast zijn.”

Karen blijft alert dankzij een grote dosis cafeïne deze morgen. Ze heeft voor de eerste maal ontbeten in de flat van haar computervriend. Ze heeft er blijkbaar van genoten, want haar aangezicht straalt. Met blozende wangen denkt ze terug aan de nachtelijke escapades. Zo’n schijnbaar saai ICT-wonder draagt een uitmuntende memorystick en zij kan het weten, grapt ze bij zichzelf. Ernstig richt ze zich tot Sofia, die zich nederig op de achtergrond houdt sinds de verbale aanval van de snibbige Marian. “Sofia, vertel eens. Waarom heeft u ons die verdachte verschijning zelf niet gesignaleerd toen we u ondervroegen ? Dit is toch een te markant detail om zo maar weg te laten. Zeker na de recente moordgeschiedenis en des te meer omdat we ook de omstandigheden van Cathy’s dood verdacht vinden…”

Sofia knutselt verward een repliek in elkaar. “Euh….ik vond het niet belangrijk. Ik hecht ook niet zoveel geloof aan paranormale verschijnselen. Soms vermoedde ik dat Cathy’s hallucinaties zo overtuigend waren dat ik daar gewoon in meeging. Maar toen gisteren Jorgen daarover begon, kwam alles beangstigend terug…we hebben nooit hierover verder gepraat en Cathy wist waarschijnlijk zelf niet wie die persoon was…”Karen behoudt het monopolie van de gesproken zinnen ten opzichte van haar jongere medewerker.
“Cathy’s dood kan ook het gevolg zijn geweest van kwaad opzet. De omstandigheden rond de val van de trap blijven duister. Iemand die overdag plots struikelt en een fatale val maakt van een dagelijks gebruikte trap ? De treden zijn qua breedte net heel ongevaarlijk, zelfs voor een persoon die slecht uit de voeten kan. Er is bovendien voldoende houvast aan de marmeren balustrade en er was geen uitstekend voorwerp te zien volgens het verslag.”

Elk lid van de groep kijkt verwonderd bij deze berichtgeving. Terrence komt naderbij Virginie als verzoeningsoffer na de ruzie van de vorige avond. Ze legt vergevingsgezind haar hand in de zijne. Hij reageert als eerste. “Dat is wel een verontrustende veronderstelling. Dan loopt Virginie ook misschien gevaar. Wie het gemunt heeft op de eigenares van La Portière, zal haar ook misschien als mogelijk doelwit aanzien.”

Bianca bespiedt het intiem gebaar tussen Virginie en Terrence en voelt zich buitengesloten. Ze relativeert jaloers diens stellingname. “Waarom ? Het is toch niet bewezen dat het bij haar tante om moord ging. Het gaat in de eerste plaats om die arme man, die zijn noodlot tegenkwam als taxichauffeur door onze oproep.”

Bianca wil met wat melodrama de aandacht opwekken van haar vriend. Terrence laat zich al dan niet gewillig vangen en neemt ook haar hand vast.
Tony neemt bruusk de fakkel over van Karen en geeft zijn mening. “Alles is mogelijk. Belangrijk is te weten wat het verband is tussen de twee overlijdens zo kort na elkaar. Wie Cathy heeft omgebracht, beroofde mogelijkerwijze ook Tom van het leven. Chantage ? Misschien had de chauffeur iets opgevangen toen hij klanten vervoerde ? Vandaar dat het essentieel is dat jullie ons zoveel mogelijk informatie meedelen in het belang van het onderzoek.”

Maliko zetelt naast Brenda. Ze hebben blijkbaar samen de nacht doorgebracht en kijken elkaar liefdevol aan. Brenda lijkt minder rugpijn te hebben en glundert. Dit vormt een doorn in het oog van Sofia en Marian. De beide rijpere dames hebben blijkbaar eveneens behoefte aan zijn exotische charme.
De immer glimlachende en gewiekste Afrikaan staat onverwacht rechtop en richt zich tot de huisgenoten en speurders. Brenda schrikt op. “Maliko, waarom doe je dat ? Wat ben je van plan ? Je gaat toch niets….?”

Hij houdt de rechterwijsvinger voor zijn lippen, een discreet gebaar om haar te doen zwijgen. Zijn ogen toveren pretlichtjes en woorden vloeien guitig uit de grote mond- net een kraterholte die bruisende lava spuwt. Hij voelt zich volledig in zijn element, zeker als het over zijn favoriet stokpaardje gaat…“Ik heb een interessant voorstel. Om de zaak op te lossen, kunnen we deze avond een spiritistische seance houden. De geesten regeren in La Portière. Hun aanwezigheid ligt continu vast. Zij zijn de stille getuigen geweest bij de drama’s die hier hebben plaats gevonden doorheen de verschillende eeuwen. Hun antwoord zal de nodige wijsheid bevatten. Ze zullen ons de weg wijzen naar het licht en de vraagtekens beantwoorden…”

De verschillende personages zijn verbluft. Er volgt een onbehaaglijke stilte.
Karens voelt het trillend geluid van de smart-phone in haar broekzak en komt terug tot de realiteit. Ze is vergeten een dankberichtje te sturen naar haar minnaar voor de zalige nacht, vandaar zijn gefrustreerde sms waarschijnlijk. Tony vindt de sfeer opwindend en geniet. Zouden de opgeroepen wezens uit de duisternis in hun kaarten laten kijken ?

Binnenkort op deze website het volgende deel